Het WK 2018 stelt Koeman gerust voor het EK 2020

Het Nederlands elftal heeft de blik noodgedwongen alvast gericht op het EK 2020. Maar dat weerhoudt Koeman er niet van om ook met het schuin ook naar het WK in Rusland te kijken. Want had Oranje eigenlijk een kans gemaakt als het wél gelukt was om zich voor het toernooi te kwalificeren? Het AD vond het daarom hoog tijd om de bondscoach eens te benaderen voor een analyse. En dat leverde een aantal interessante constateringen op. 

Het gebrek aan overtuiging had kansen geboden voor Oranje

Iedereen die het WK in Rusland een beetje volgt, zal zich zo nu en dan toch afvragen “wat als…”. Met de uitschakeling van Duitsland in de poulefase is er opeens een sterke concurrent minder voor de eindzege. Ook echte voetballanden als Argentinië, Portugal en Spanje hebben het strijdtoneel inmiddels verlaten. Dat biedt kansen, zou je zeggen. En zo denkt Ronald Koeman er ook over.

Die kansen hadden niet alleen gelegen in de snelle uitschakeling van de regerend wereldkampioen. Tijdens de groepswedstrijden bleek wel dat veel grote voetballanden moeite hadden om de drie punten binnen te slepen. Alleen Engeland en België waren overtuigend door in poule G. Bij de rest van de groepen bleef het spannend tot het laatste moment. Door de kleine verschillen tussen de voetballanden blijkt een op papier makkelijke wedstrijd opeens lastig te winnen. Koeman constateert: “Als je ziet hoe Zweden met beperkte middelen de wereldkampioen al aan de afgrond bracht. En hoe Iran dat deed met Portugal, dan ben ik ervan overtuigd: Oranje had geen slecht figuur geslagen bij dit WK. Absoluut niet.’’ 

Het is het team dat telt

Het meest gehoorde commentaar op het Oranje van nu is dat er geen grote namen meer meedoen. Jarenlang konden we genieten van de voetbalkwaliteiten van Sneijder, Robben en Van Persie, maar zij zijn er niet meer bij. Maar is dat eigenlijk wel een probleem? Tijdens dit WK zien we meer bondscoaches die liever voor teamplayers gaan dan voor de grote namen. Zo werd Radja Nainggolan tot groot ongenoegen van veel fans niet opgenomen in het Belgische elftal. Bondscoach Roberto Martínez liet al weten dat dit puur om tactische redenen was en dat het niet aan Nainggolans voetbalkwaliteiten lag. Bij Argentinië was het Paulo Dybala die wel mee mocht naar het WK, maar toch vooral veel tijd op de bank doorbracht. Voor de buitenstaander onbegrijpelijk, aangezien Dybala als een van de grootste aanvallende talenten wordt beschouwd. In het huidige voetbal lijkt het dus meer en meer om het team te draaien dan om de individuele kracht. Dat biedt in ieder geval perspectief voor Oranje. 

Oranje is op de goede weg

Elk groot toernooi staat natuurlijk op zichzelf. Maar voor Koeman is het WK in Rusland toch een bevestiging dat hij en zijn team op de goede weg zijn. ”De manier van spelen, compact, met drie man centraal achterin en voorin snelheid om de ruimtes te benutten, dat is voor nu de juiste weg. Zo kun je het ontbreken van extra individuele kwaliteiten toch een heel eind compenseren.’’ Hoe ver Oranje op dit WK had kunnen komen, is natuurlijk speculeren. Feit blijft wel dat de grote kanshebbers het moeilijk hebben. Dit laat maar weer eens zien hoe belangrijk het is het Nederlands elftal zich kwalificeert voor het EK van 2020. Want alleen dan kunnen Koeman en zijn team toeslaan als de prestaties van grote voetballanden tegenvallen.